PGB + LVG

LVG is de afkorting van licht verstandelijk gehandicapt. Deze mensen hebben een lichte verstandelijke beperking met een IQ variërend van 50 tot 85. Mensen met een licht verstandelijke beperking (LVB) denken minder snel dan leeftijdsgenoten die normaal begaafd zijn. Ze hebben een IQ-score tussen de 50 en 70. Ook kunnen mensen met LVG zich soms niet (goed) aanpassen aan eisen en verwachtingen. Bepaalde vaardigheden blijven achter bij wat je van iemand gezien zijn leeftijd kan verwachten. Dat uit zich bijvoorbeeld op het gebied van communicatie, zelfredzaamheid, sociale vaardigheden, gezondheid en, op latere leeftijd, relaties.

LVG bestaat uit 6 verschillende zorgprofielen, waarbij de volwassen cliënten gedurende een afgebakende periode in een omgeving waar huisvesting, huishoudelijke ondersteuning en begeleiding met een behandelend karakter wordt geboden verblijven. Er is sprake van een duidelijk omschreven behandelklimaat. Cliënten worden behandeld aan de hand van een voor de cliënt vastgesteld behandelplan. Zij worden voorbereid op een zo zelfstandig mogelijk leven/ wonen. Door de instelling wordt regelmatig contact onderhouden met de ouders/thuissituatie, eventueel de school van cliënt en met andere externe betrokkenen zoals het maatschappelijk werk

De zorg met betrekking tot LVG valt onder de Wlz. De letters Wlz staan voor Wet langdurige zorg. De Wlz zorg kan worden aangevraagd als er noodzaak is om 24 uur per dag de beschikking te hebben over een specialistische zorg in de directe omgeving. Hiervan is sprake als mensen niet voldoende in staat zijn om zichzelf te redden in de maatschappij.

Om aanspraak te maken op de Wet langdurige zorg moet er contact worden opgenomen met het Centrum Indicatiestelling Zorg. Het CIZ besluit voor welke zorg de cliënt in aanmerking komt. Eén van de manieren om in geval van LVG gebruik te kunnen maken van de Wlz is met een persoonsgebonden budget (PGB). Het persoonsgebonden budget wordt na indicatie overgemaakt om de cliënt financiële mogelijkheden te bieden om zorg te ontvangen van een zorginstelling naar keuze. De hoogte van dit budget wordt vastgesteld op basis van een zorgplan.

Het recht op een persoonsgebonden budget is vastgelegd in de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). Een PGB mag gebruikt worden voor zorg op basis van de Wet Langdurige zorg (WLZ) en de wet maatschappelijke ondersteuning. Het is een regeling dat van toepassing is voor mensen van 18 jaar en ouder. Een alternatief voor het persoonsgebonden budget is zorg in natura.